Gepubliceerd op 28 oktober 2022
Het BPL heeft afgelopen maanden onderzocht wat u belangrijk vindt bij uw toekomstige solidaire premieregeling en welke risico’s u daarbij bereid bent te lopen. Om hier een beeld van te krijgen is een risicopreferentie onderzoek onder de belanghebbenden gehouden. Nogmaals dank aan een ieder voor de deelname aan dit onderzoek.
Het doel van het onderzoek is om input te leveren om enerzijds de risicohouding van de pensioengerechtigden en (gewezen) deelnemers van BPL vast te stellen en anderzijds kaders vast te stellen voor het beleid van BPL in het nieuwe stelsel. Daarbij worden tevens de risicomaatstaven, de Lifecycle (indicatief) en gewenste uitkeringseigenschappen afgeleid voor de gemiddelde (ex-)loods.
We nemen u graag mee in de uitkomsten. Het volledige rapport treft u hier.
Uitkomsten kwalitatieve vragen
- Onder alle leeftijdscohorten geeft de meerderheid (ruim 80%) aan sterk afhankelijk te zijn van het BPL pensioen. Voor de jongere deelnemers ligt dit wel wat lager dan bij de oudere deelnemers;
- De meeste respondenten vinden het net zo belangrijk dat een verlaging van de ingegane uitkering wordt voorkomen als dat de pensioenuitkering meegroeit met de prijsinflatie;
- Relatief gezien hebben de meeste actieve deelnemers bij pensionering de voorkeur voor een hogere uitkering. Voor de oudere (gepensioneerden) respondenten gaat relatief gezien de voorkeur uit naar een constante uitkering;
- Uit het onderzoek blijkt dat de deelnemers met name aan het begin van de pensionering een zo hoog mogelijke uitkering willen (los van de AOW-overbrugging);
- Het spreiden van resultaten heeft de voorkeur onder de respondenten;
- Op totaal niveau wordt gekozen voor het behalen van een zo waardevast mogelijk pensioen (47%). Hiermee wordt echter geen meerderheid gevormd. 27% van de respondenten geeft de voorkeur aan een uitkering met beperkte kortingen en 24% voor een zo hoog mogelijke uitkering.
Uitkomsten kwantitatieve vragen
- Circa de helft van de deelnemers zou voldoende hebben aan een inkomen tot € 45.000. De overige helft zegt meer dan € 45.000 nodig te hebben;
- Een schommeling tot 2% van de pensioenuitkering zou passen binnen de tolerantiegrenzen van 88% van de totale populatie. Een schommeling van 4% van pensioenuitkering past nog bij 60% van de populatie;
- 69% van de populatie zou nog een maximale daling van 15% van het pensioenkapitaal in relatie tot het verwacht pensioen accepteren. In de vraagstelling hoort daar een uitkering van 45.000 euro bij;
- Via de Pensioenmeter hebben respondenten hun voorkeurs risicoprofiel met bijbehorende pensioenuitkering kunnen aangeven. De bedragen zijn gebaseerd op verschillende beleggingsprofielen en gegeven de input van de respondent. Loodsen neigen een relatief gemiddeld risicoprofiel te kiezen.
Onderzoek verantwoording
BPL kent een populatie omvang van 1.329 deelnemers (incl. gewezen deelnemers en pensioengerechtigden). Daarvan hebben 362 het onderzoek volledig ingevuld.
- Dit geeft een totale respons rate van circa 27% (voor actieven 30% en pensioengerechtigden 26%);
- Het aantal respondenten dat de vragenlijst heeft ingevuld zorgt voor een representatieve weergave van de gehele populatie;
- Het onderzoek bestond uit een enquête met (maximaal) 15 vragen. De vragen richten zich (kwalitatief en kwantitatief) op de risicohouding, risicodraagkracht en risicopreferenties van de belanghebbenden.